zondag 10 januari 2010

TACHTIG PROCENT

In míjn tuin …
 
... is het wachten geblazen, tot de winter overgaat. ’t Is als het leven zelf. “Tachtig procent van je leven,” doceer ik mijn dochter, “is wáchten!” Dat is niet wetenschappelijk onderbouwd, maar ik denk toch dat ik er niet ver naast zit.
Meestal komt er wel een eind aan het wachten, maar vaak wordt dat onmiddellijk ingeruild voor een ander wachten. Eerst wacht je op het startschot, later op de prijsuitreiking, op een nieuwe kans of gewoon op de bus naar huis.
Daar wacht je aan de telefoon: “Toe, neem nou op!” Blijk je te bellen met een callcenter en zet zo’n callgirl je ‘in de wacht’ met een irritant deuntje, waar je naar móet luisteren, anders weet je niet of je klaar bent met wachten.
Er bestaan zelfs speciale kamers: wachtkamers. Daar laten de wachtenden hun gedachten de vrije loop - meestal stil, soms hardop. Ze wachten op hun beurt, op de uitslag, op het vervolg, op betere tijden wellicht.
De post, daar kun je ook zo op wachten. Misschien een leuke kaart, of toch alleen de folder over de decemberzegels? Ach, die is ook best leuk en dan wacht je toch tot morgen: komt de postbode wéér!
Wachten op het voorjaar ...
Sommige mensen krijgen de wacht áángezegd; het werk is op. Zie maar hoe je er weer tussenkomt, want er zijn nog duizenden wachtenden vóór u. En de wachttijden lopen op. Daarom zijn er wachtlijsten uitgevonden. Zo weten degenen die de wachtlijsten moeten wegwerken precies wie waarop zit te wachten.
Niemand vindt het leuk, wachten. Het zal je beroep maar zijn: op wacht staan, tot je wordt afgelost.
Soms is het spannend: als je je kans moet afwachten. Zoals bij verstoppertje spelen! Met ingehouden adem wachten op het goede moment om de spurt te wagen. Buut vrij!! ‘Meneer Van Dalen wacht op antwoord’ en ik weet al lang niet meer waar dit ezelsbruggetje (want dat is het) voor staat. Gelukkig is er Google, zodat ik niet lang op uitleg hoef te wachten: het gaat over machtsverheffen en worteltrekken! Gebeurt dat eigenlijk nog, behalve bij de tandarts?
Ik kijk weer naar buiten. Zucht. Het is nog steeds winter en ik moet wachten tot het overgaat, samen met de lentebolletjes, die verstopt zijn in mijn bevroren tuin.

Januari 2010