donderdag 10 juni 2010

VOL



In míjn tuin …
... was het in mei al weer een gedrang van jewelste. “Heren, heren!” riep mevrouw tulp naar de alliums. “Ik raak bekneld!” “Ja hoor es, mevrouwtje,” reageerde een paarsaangelopen allium, “het tulpenseizoen is nu wel voorbij, hoor!” Over zijn schouder knikte hij naar het grote blad achter hem: “Wij komen zelf in de verdrukking door die opdringerige herfstanemonen en het is nog niet eens zómer!” 
Alliums tussen het blad van herfstanemonen

Ik houd me maar even stil, want ik ben natuurlijk toch een beetje de onzelieveheer die deze situatie geschapen heeft. Met de beste bedoelingen weliswaar, maar ik moet erkennen dat het wat uit de hand gelopen is. Ze moesten eens weten, wat ik nog in potjes aan eenjarig zaaigoed heb staan! Dat heeft alles te maken met het verlangen naar een nieuw tuinseizoen, als na een lange winter binnen de mooiste bloemen voorgezaaid kunnen worden. De tuin ligt er kaal bij en je kunt je gewoon niet voorstellen dat er in een paar maanden tijd geen stukje grond meer onbedekt zal zijn.
Ik ben me te buiten gegaan aan nigella’s, wilde afrikanen, zonnebloemen, malva’s, blauwe winde en cosmea’s. En dan heb ik het zakje van Groei en Bloei met lief witroze cosmea ‘Daydream’ nog wel naar mijn dochter in Amsterdam gestuurd, voor een roze wolk in háár tuin deze zomer.

Wilde afrikaan
En natuurlijk wist ik me al na een paar weken geen raad meer met al die potjes verspeende zaailingen op de vensterbank. Maar toen zakte kleinzoontje door het oude spijlenbedje, waar ooit mijn eigen kinderen in rondhopsten. Geen nood: opa haalde per omgaande een nieuw en terwijl kleinzoontje en ik daarop wachtten, bedacht ik een nieuwe bestemming voor het bodemloze wrakje. Ik kon het op het voeteneind, of op het hoofdeind, daar maakt zo’n bedje geen onderscheid in, voor het raam zetten met planken op gepaste afstanden, rustend op de spijlen. Genoeg ruimte voor mijn zaailingen! Op enkele na zijn het mooie plantjes geworden, klaar om tot bloei te komen in de groene omlijsting van mijn tuin: op de plaats van boventallige vrouwenmantels, longkruid, violen en lievevrouwebedstro of desnoods in zwarte plastic potten. Ze zullen het wel redden, tussen die druktemakers daar. En volgend jaar doe ik het gewoon wéér, want ook ‘vol’ is een rekbaar begrip - míjn tuin geeft wel mee!

Juni 2010